2015 Motortocht door Schotland

Dag 1: Van Urmond naar IJmuiden

Vanmorgen vroeg opgestaan en de motor ingepakt. Alles in de koffers gekregen, maar het is ook maar een week… Eerst even de olie, bandenspanning en benzinepeil gecheckt. Alles oké! Via Hulsberg naar Urmond gereden, waar we om 10 uur verzamelden. Bert, Hans, Felix, Jos, Rob en ik. Het was stralend weer toen we vertrokken. We hadden afgesproken via de autoweg direct naar IJmuiden te rijden om niet te laat bij de boot aan te komen. 

Onderweg sloeg het weer compleet om. Toen we in Best de eerste stop en aan de koffie zaten, hoosde het! Op de buienradar zagen we dat er een onweersfront precies boven het gebied lag. Na 3 kwartier toch maar de regenpakken aangetrokken en weer verder gereden. Onderweg werd het weer snel beter en noordelijk van Utrecht scheen de zon weer en werd ook de zin weer beter! Rond 13 uur zaten we aan de lunch met zicht op het schip. 

Om 15 uur stonden we in de rij om te boarden. We waren zeker niet de enige motorrijders die de oversteek doen. Hieronder zie je hoe de motoren hutjemutje op elkaar staan:

Vervolgens alle spullen op onze veel te kleine kamer gestouwd en gaan loungen bij de bar. ‘s-Avonds heerlijk gegeten en op tijd naar bed. Met 4 mannen in de stapelbedden. Als het niet zon warm was geweest hadden we goed kunnen slapen…

Dag 2: Van Newcastle naar Perth

Afgelopen nacht slecht geslapen: Hans en Felix lagen boven op de motor van het schip en rammelden het bed uit. De rest lagen lekker rustig in de punt, maar daar was het veel te warm. Gelukkig maakte het ontbijt veel goed. We zaten allemaal al om half acht aan tafel.

Na het eten hebben we ons weer in het motorpak gehesen. Daarna mochten we weer bij de motoren. God, wat was het daar warm! Nadat we alle spanbanden verwijderd hadden en de bagage weer vastgesjord, moesten we nog zeker een half uur wachten totdat we naar buiten mochten rijden. Daar werden we weer opgesteld in 6 rijen om te wachten voor de douane. We hebben zeker 300 motoren geteld. Gelukkig was het droog, want het duurde zeker een uur voordat we in Engeland werden losgelaten…

Als je dan vanuit de haven door Newcastle rijdt, wordt het links-houden er met vele rotondes ingeramd: elke 100 meter is er eentje. Ik vond het wel heel spannend in het begin. Steeds tegen je zelf zeggen “links rijden, links rijden!”. Na een klein half uur reden we de stad uit en dan worden we meteen beloond: wat een prachtig landschap! Glooiende bergen, schapen, bloeiende brem en ga zo maar door. Bochten, bochten en nog eens bochten. Op de weg is het erg rustig. We zagen langs de route vele wandelaars lopen. Ik heb ontzag voor mensen die hier in “the middle of nowhere” urenlang kunnen wandelen. De eerste stop was bij een boeren tea-house. Het was erg knus. Het lijkt alsof de tijd stil heeft gestaan. Toen we aankwamen waren we de eerste bezoekers en ik vroeg me af hoe ze kunnen bestaan. Daarna liep het snel vol met wandelaars. We hebben er heerlijk geluncht.

Na de stop zagen we dat we nog 300 km moesten rijden. En we waren pas 2 uur verder. Het wordt dus een lange dag… Na een half uur passeerden we de Schotse grens. Weer een foto-moment en net toen we wilden wegrijden kwamen nog twee Nederlanders op de motor aanrijden. Dit waren de enige motorrijders die we vandaag hebben gesproken. Zouden die andere 292 allemaal een andere route hebben? 

Weer onderweg reden we dwars door een golfbaan en tussen vele loslopende schapen met lammetjes. We moesten voorzichtig rijden, want ze zouden zo voor de motor kunnen springen. Na 2 uur stopten we bij een “original Scottish Snackbar”, Fletcher’s. Een koffie en een scoon met jam en weer onderweg. Je kunt niet uitleggen hoe mooi het landschap hier is. In Edinburgh vonden we niet echt een plaatje om te stoppen. Na een tankstop direct de stad weer verlaten.

Daarna binnendoor naar Perth gereden. Daar had Jos een prachtig hotel geboekt. Midden in het centrum tegenover het station ligt dit nostalgische hotel uit de 19e eeuw. Iedereen een eigen kamer vandaag. Nadat we ons gesetteld hadden hebben we nog heerlijk gegeten in de balzaal van het hotel. 

Dag 3: Van Perth naar Loch Ness

Vanmorgen als eerste een prachtige foto van de zonsopgang in Perth. Het beloofde een mooie dag te worden. Frank heeft de apparatuur in de kamer gekeurd. We lopen wat dat betreft vandaag geen risico…

Om half acht zaten we allemaal aan het ontbijt. We hadden het ontbijt inclusief en het meisje van de bediening vond het maar raar dat we geen full hot English Breakfast namen. We namen allemaal gebakken ei met spek, maar gelukkig was Jos iets te laat en had de discussie niet mee gekregen. Hij zegt gewoon “ja”! Dit was het resultaat: 

We hadden allemaal onze apparatuur geladen en klaar voor vandaag. We kregen enkele klachten binnen dat we in de blog te weinig schapen en berglandschappen hadden gefotografeerd. Dit zullen we vandaag goedmaken. Om half negen zaten we allemaal op de bikes. Nadat we Perth achter ons hadden gelaten kwamen we weer door de mooiste landschappen. Eerst bochtige wegen door een heuvelachtig landschap, daarna reden we de bergen van Cairngoms National Park in. Het werd steeds kouder, maar het uitzicht maakt alles goed. Prachtig is het hier! 

Boven op de pas hebben we onze eerste stop gemaakt. Het was er 5 graden boven nul. We hebben warme chocomelk genomen met een gebakje. Buiten barstte een buitje los met wat natte sneeuw, maar dat was maar kort. Toen we de berg weer af reden kwam het zonnetje alweer door. We reden steeds verder naar het noorden en dat merkten we wel aan het weer: het was koud en het waaide heel hard! Regelmatig zaten we boven de boomgrens en waaiden we bijna van de motoren. Maar volgens Rob zijn we niet boven de 650 meter geweest. En toch heet het highlands. What’s in a name..

Toen we het park verlieten, vonden we in een leuk dorpje een bakkerij met een lunchroom: Maclean’s Highlands Bakery in Grantown on Spey. Daar hebben we soep en toast gegeten. Vriendelijk zijn ze overal, dus ook hier. Er werden tafels verplaatst voor ons en we kregen de laatste smaken soep die ze nog in de pan hadden.

Vanmiddag zijn we nog in een museum/informatiecentrum geweest. Daar (in Culloden) kregen we info over de veldslag tussen de Schotten en de Engelsen in 1746. Dat was erg indrukwekkend. 1500 Schotten en 50 Engelsen vonden binnen een uur de dood. Dus, ook al geloven jullie het niet, maar we zijn echt in een museum geweest! Genoeg voor deze week.

Daarna via de toeristische route door Inverness (de hoofdstad van de Highlands) naar Loch Ness gereden. We reden ongeveer een twintig minuten langs het meer, maar we hebben dat beest niet kunnen spotten. Halverwege het meer kwamen we op onze bestemming van vandaag. Het hotel heet “the Drumnadrochit Hotel” aan de oever van het meer Loch Ness. Eerst ingecheckt en opgefrist en naar de bar. Daar zitten we nu in het restaurant sterke verhalen te vertellen, want dat hoort zo in Schotland. Tot nu toe hebben we goed gegeten in Schotland, en we mogen blij zijn dat we nog in de motorpakken passen. Gelukkig zijn de riempjes verstelbaar… Tot nu toe is alleen Jos aan de limiet.

Dag 4: Van Loch Ness naar Kyle

Toen we vanmorgen opstonden was het stralend blauw. De regen van gisteravond lag alleen nog maar op de motoren. Rob en ik hadden een kamer gedeeld en nadat we ons gedoucht en aangekleed hadden, hebben eerst de motoren met de handdoeken van de kamer gedroogd. De anderen volgden snel en samen gingen we om half 8 ontbijten. In de eetzaal stond de eigenaar te stressen, want het koffiezetapparaat wilde niet starten. Hij had de zekering al vervangen, maar had er niet aan gedacht dat in Schotland (en trouwens in heel UK) alle stopcontacten voorzien zijn van een eigen schakelaar en die stond niet aan! Toen dat probleem verholpen was, zei hij dat we pas om 8 uur konden eten… Hij was echt gestrest :-). Hans vroeg wat kaas bij het ontbijt en toen kregen we twee kaasplankjes van het diner van gisteravond voorgeschoteld. Maar het smaakte lekker bij de spek en ei die we al hadden.

Na het ontbijt weer naar de kamers om alle spullen in te pakken en in de koffers van de motoren te proppen. Gisteren zijn we langs de ruine van Loch Ness gereden en daar wilde Jos als eerste naar toe voor een fotomoment. Castle Urquhart:

Daarna reden we verder naar het noorden op zoek naar whiskey. Na een kwartier rijden kwamen we al langs the Singleton of Glen Ord whiskey stokerij. Daarmee zaten we dus om 10 uur in de ochtend een tour te maken in de stokerij. Jos was helemaal in hogere sferen. Na afloop kocht hij een fles met 12 jaar oude single malt Scots whiskey. Ik hoop dat we daarmee langs de douane komen als we teruggaan op de boot.

Om twaalf uur zaten we weer op de motor op weg naar het Urray National Park. De weg door het park was erg smal. Er kon maar een auto rijden en om de 50 meter was de weg wat breder om tegemoetkomers te kunnen (laten) passeren. Gaandeweg werd het wat donkerder, maar het bleef droog tot onze eerste stop om 13 uur. Midden in het park, in Torridon zijn we gestopt bij het schattig restaurantje Torridon Stores and Café om te lunchen. We hebben soup and sandwich gegeten en de man die al aan de limiet was nam de taart met de meeste calorieën.

Na de stop, net toen we onderweg waren begon het te hozen. Jammer, maar het hoort erbij en we hadden tot nu toe wel heel erg veel geluk gehad tijdens het rijden. We zaten inmiddels op de Applecross Road, die te boek staat als de meest verraderlijke bergpas van Schotland. Deze weg leidt langs de noordwestelijke kust en het bleef maar regenen, maar het uitzicht op het landschap en de oceaan waren adembenemend! Onderweg hebben we diverse foto-stops gemaakt en we waren blij dat we Applecross bereikten. Daar hebben we onze natte kleren even kunnen ophangen en hebben we warme chocolademelk gedronken om wat op te warmen. We spraken daar twee Hollanders die dezelfde ronde waren aan het maken. Na een half uur (de regen werd niet minder) zijn we op weg gegaan naar onze laatste stop: Kyle. Daarvoor moesten we wel nog even over de Cattle Pass. Een hoge berg die op dat moment in de wolken lag. Bovenop kwam dus boven op de regen ook nog eens de mist. Zonde van het uitzicht! (Dat we dus misten). Stapvoets hebben we de hoogste kilometer afgelegd. Ook omdat deze weg maar een rijbaan had met passing-punten. Het was dus echt uitkijken…

Bergaf reden we al snel weer uit de wolken, maar het weer werd niet echt beter. Maar het was een prachtige afdaling met mooie vergezichten. Eindelijk kwam Kyle in zicht en aan de voet van het meer hebben we een hotel gevonden. Niet te duur maar zoals Hans zegt: het is allemaal “net niet”. Het is vergane glorie, maar we kunnen er onze pakken drogen en we hebben er heerlijk gegeten. Morgen weer meer…

Dag 5b: Het eiland Skye

Vanmorgen was het een emotionele ochtend. Hans ging ons verlaten. hij had het heel slecht geregeld met zijn werk en moet voor een vergadering voor weekend thuis zijn. (Of was het om zijn bonus veilig te stellen?). We hebben hem met tranen in de ogen laten vertrekken. Maar bleek later te komen door de Fishermans Friend van Felix…

We zaten vanmorgen zonder hotel. We wilden er twee nachten blijven, maar ze waren al volgeboekt voor vanavond. Daarom zijn we het eerste uur van onze tocht op het eiland Skye ook bezig geweest met het zoeken van een plek voor vanavond. Dat lukte niet. Het was er erg druk en alle hotels waar we vroegen, waren volgeboekt. We weten natuurlijk niet of dit echt zo was, of dat het kwam omdat Jos steeds met de helm op naar binnen ging vragen?

Het eiland Skye staat bekend als het 4e mooiste eiland van de wereld. Het eiland is 1745 km2 groot en daarmee het grootste eiland van Schotland. Er is een zacht klimaat met veel regen en wind. De hoogste berg is net geen kilometer hoog. We hebben er sneeuw op de toppen gezien. Het eiland is met het vaste land verbonden met een hoge brug, waar je tot voor kort tol moest betalen. Wij hadden dus geluk.

De dag begon erg zonnig en we hadden een ronde gepland rondom het eiland, die de hele dag zou duren. Eerst gingen we naar het zuiden, waar we een korte koffiestop maakten langs het water bij een veerpont naar Mallaig. Rob heeft er een aantal selfies gemaakt. Daarna zijn we verdergegaan met onze ronde. De landschappen waren afwisselend bergen, grasland, kustweg en op meerdere plaatsen werd de weg waarop we reden zo smal dat de tegenliggers moesten wachten totdat we langs waren. De Schotten zijn overal super vriendelijk! Ze laten ons gewoon overal voor en accepteren af en toe een “rechts-rij” foutje.

Geluncht hebben we in Portree bij Anne Mary gegeten. Jos, Bert en Felix hadden Langoustines en Rob en Frank hadden een zeebaars met risotto. Anne Mary legde met veel geduld uit hoe we de langoustines moesten breken en vervolgens leegzuigen. Jos liet zich graag uitleggen en deed net of hij het niet verstond.

Na de lunch verder naar het noordwesten gereden waar we het Dungevan Castle hebben bezocht. Het was een echt bliksembezoek. Als een paar Japanners vlogen we door de kamers en de tuin, om na een half uurtje alweer op de motoren te zitten. De herinneringen blijven in de vorm van een hoop foto’s die we allemaal maakten. De score in Schotland is tot nu toe: 1 ruïne, 1 kasteel, 1 whiskey stokerij, regen, zon en vele goede restaurantjes. En niet te vergeten de vele schapen met jonge lammetjes, die bijna op het wegdek liggen en dan moet toeteren om ze te verjagen.

Eind van de middag zaten we nog steeds helemaal in het zuid-oosten van het eiland en moesten we snel terug naar de bewoonde wereld. Felix ging vooroprijden en om zes uur gingen we weer over de brug naar het vaste land. We hadden toen ruim 260 kilometer gereden over het prachtige eiland van Skye. Toen kwam het volgende probleem: na het tanken hadden we nog steeds geen hotel. We programmeerden de route van morgen in onze Garmin en gingen weer op weg. We arriveerden niet veel later bij een hotel dat er erg leeg uit zag. Bij navraag bleek dat er een bus met toeristen die middag had afgebeld en we de enige gasten zouden zijn. Met enig onderhandelen van Bert kregen we allen een eigen kamer en een ontbijt voor 60 pound. Op dit moment zitten we in de bar, waar Jos na een liedje op de piano gespeeld te hebben, ons inwijdt in de kunst van het whiskey genieten.

– Eerst de Tallisker (was minder)
– The famous Grouse (iets beter)
– Bells (beste)

Dag 5a: The Lonely Dutch Highlander

Hans is vanochtend als een verkenner al vooruitgereden. Hij moet helaas vrijdag al voor een vergadering terug zijn. Slecht geregeld vonden wij. Dus loopt hij nu ruim een dag voor op ons, maar heeft hij wel het eiland Skye moeten missen.

Dit is zijn beknopt verslag:Ik ben vanmorgen 60 km door heel veel regen gereden, mét regenpak aan haha. Na 50 km langs de kust rechts de bergen in richting Fort William. Mooie route met prachtig uitzicht.

Toen in FW wat eten. Leuk plaatsje maar niet veel eettentjes. Dus maar een big mac gegeten bij MacDonalds. Helaas. Weer was inmiddels top, dus zonnig. Rijden maar. 

Ongeveer 40km voor Inveraray zette ik mijn Tommy op Toeristische route en plotseling moest ik rechtsaf via de B8074 richting Glen Orch gedurende 14km. Dat ze die weg überhaupt een wegnummer hadden geven.  Het begin (2km) leek wel offroad (niet echt hoor) en daarna werd het beter: prachtig smal weggetje langs snelstromende rivier. Geweldig, leek wel iets van de Efteling. Dit mogen jullie morgen niet missen.

In Inverary effe rondgeneusd. Erg leuk plaatsje met witte keurige huizen langs het water. Het was nog vroeg, dus ik dacht: doorrijden. 

Inmiddels heb ik er 450 km opzitten en hoef morgen nog maar 150 km naar New Castle. Dat is goed te doen. Slaapplaats gezocht en gevonden net even van de M8 af. Die is in Lockerbie.  Klein oud Victoriaans hotel met erachter een nieuwbouw sinds deze week. Ik ben de eerste gast daar. Being Lucky. Tot “morgen”. Grtz. Lonely Highlander.

Dag 6: Van Kyle naar Inveraray

Na een goede nachtrust en een stevig ontbijt weer vroeg op pad. Maar niet voordat Felix zijn motor gedemonteerd en gemonteerd had om de koelvloeistof bij te vullen. Tijdens het ontbijt gaf hij aan dat hij twee schroeven over had…Vandaag gaan we helaas alweer een stuk terug richting Newcastle. Gisteren hebben we het verste punt van deze reis gehad, maar we moeten nog een paar dagen sturen naar het zuidwesten. Het doel van vandaag is Inveraray via fort Wiliam. De weg voert ons langs de kust naar het zuiden.

Onderweg en voor de lunch zijn we diverse keren gestopt voor wat fotomomenten. Na 5 minuten kwamen we bij een prachtig kasteel dat op een eilandje gebouwd was in de baai. Daarna zijn we de bergen in gereden. Het landschap was erg afwisselend en de bergen waren heel massaal. We voelden ons af en toe zó klein. Boven op een berg vonden we een plek met allemaal gestapelde stenen. Dit waren steenmannetjes,

Vroeger (bronstijd) werden er soms graven mee aangegeven. Deze werden dan vaak gemaakt boven op de heuvel waar de overledene had gewoond. De steenmannetjes moesten de dieven/ rovers op een afstand houden. Er wordt ook wel gezegd dat de stenen op de kist werden gelegd om de doden te beletten om te “hemelen”. In het Engels worden ze Cairns genoemd, naar de Schotse/ Ierse benaming càrn, wat zo veel betekent als berg of stapel stenen. In Schotland neemt men stenen mee de berg op om daar de steen toe te voegen aan de stapel die zich daar al bevindt. Die staan daar onder andere om de paden te markeren. De stapels worden steeds verhoogd om op deze manier ook in periodes van sneeuw zichtbaar te blijven. Op bovenstaande foto werden ze vooral als gedenkteken gebruikt. We zagen herrinneringsbordjes en ook de as van overledenen werd er uitgestrooid.De volgende stop was bij een gedenkteken van de gevallen commando’s uit de tweede wereldoorlog. Dit gedenkteken lag aan de voet van een massief. Ook daar hebben we even kunnen genieten van het uitzicht. Het begon toen al een beetje te druppelen. 

Toch zijn we redelijk droog in Fort Williams aangekomen. Rob vergeleek deze plaats met Valkenburg aan de Geul: veel te toeristisch. We zijn gestopt bij een grote souvenierwinkel en een snel-restaurant. Hier wat souveniers gescoord en fish and chips gegeten. 

Toen we daarna weer onderweg waren, begon het te regenen. Niet te hozen als van de week, maar genoeg om het regenpak te gebruiken. Daarna een mooie bochtige weg gereden, waar we even lekker konden sturen. De regen kon ons niet deren en de uitzichten waren prachtig en maakten alles goed. We zijn nog voor warme chocolade en milkshake gestopt. Het bedienend personeel is in heel Schotland even vriendelijk. We voelden ons overal welkom. 

Na de stop heeft iedereen zich weer in de regenbakken gehesen en hebben we de laatste etappe naar Inveraray geslecht. Helaas regende het flink, maar konden we goed doorrijden. Lekker geslalomd! Toen we in Inveraray aankwamen hebben we ons opgesplitst: Frank de ene kant op om een hotel te vinden en Jos de andere kant. Jos had het meeste succes. We zitten nu in The George Hotel. De kamers zijn vergane glorie, waar we onze dames zeker niet zouden kunnen laten overnachten, maar de bar en het restaurant maken alles goed! We weten nu ook hoe Felix met haar uitziet.

We hebben allemaal een Schotse Hooglander Biefstuk gegeten en het was heerlijk. Felix heeft hem niet op gekregen en dat wilt wat zeggen! Nu nog even naar de bar, 110 soorten whiskey proeven, de route van morgen voorbespreken en dan weer naar bed. Morgen meer…

Dag 7: van Inveraray naar Lockerbie

Vanmorgen werden we wakker met het het getik van de regen op het badkamer-dakraam. Slecht weer vandaag. Bah! We hadden gisteravond met een Local, Henry aan de bar gesproken en hij adviseerde ons de volgende bezienswaardigheden te gaan bekijken:

  • Loch Katrine met de Trossachs Pier
  • Stirling Castle
  • Falkirk Wheel (stond op wensenlijstje van Jos)
  • The Kelpies

Samen met Henry heeft Frank toen de ideale weg gekozen met als eindbestemming Galashields. Deze weg heeft Frank in de Garmin laten berekenen en toen bleek dat het geheel net geen 400 km was als we geen autosnelwegen namen, maar enkel bochtige wegen. Dat zou in totaal dan 8 uur rijden zijn. We overlegden toen dat als we bij The Kelpies waren geweest, we rechtstreeks over de snelweg naar Galashields zouden rijden, om tijd te besparen.

Tijdens het ontbijt hebben we geprobeerd de route om te bouwen, met rechtere wegen en er dus een snellere route van te maken, maar dat lukte maar deels. Het resultaat in alle Garmins geprogrammeerd en om 9 uur vertrokken. De regen viel met bakken uit de lucht en iedereen had het regenpak aangetrokken. Jammer van het uitzicht, maar het was goed te doen. 

Loch Katrine ligt in het Trossachs National Park. Eerst zijn we langs Loch Lomond zuidelijk gereden via de A82. Dat schoot lekker op. Onderweg nog getankt, maar geen pauze gemaakt. We wilden graag naar drogere oorden. Daarna om het meer Lomond weer naar het noorden maar het weer werd niet beter. Het landschap was echter adembenemend! De kleuren van de natuur waren prachtig, ondanks dat het erg grijs weer was. De regen werd iets minder. Helemaal doordrenkt kwamen we bij de Trossachs Pier aan en we waren blij dat we even de handschoenen konden uittrekken en de jassen konden afgooien. Hier was er een leuk cafeetje en hebben we een koffie of hot chocolat met een gebakje genomen. En toen afwachten totdat het droger zou worden. Maar het tegendeel gebeurde: Jos zei:”de regen haalt ons weer in, dus we kunnen beter weer op weg gaan naar Stirling.

Stiling lag een uur oostelijker, maar ook op weg er naar toe regende het. We hebben nog even een stop gemaakt bij standbeeld van David Stirling. Hij was de oprichter van de “Special Air Service Regiment” in 1941. Boven op een berg tussen prachtige bloeiende velden stond zijn standbeeld.

Daarna spraken we af dat we in een ruk door zouden rijden naar Falkirk en daar zouden eten. Onderweg kwamen we nog langs het mooie Stirling Castle, dat boven op een berg ligt. Daar zijn we echter niet meer gestopt. Na nog eens een uur kwamen we eindelijk bij het Falkirk Wheel. Dit is wel een heel aparte sluis. Het Falkirk-wiel is een draaiende scheepslift genoemd naar de nabijgelegen stad Falkirk in centraal-Schotland. De lift verbindt het Forth and Clyde Canal met het Union Canal, waarbij een hoogte van 35 meter overbrugd wordt. De scheepslift werd voltooid in 2002. De volledige realisatie van het project kostte 84,5 miljoen pond. Voorheen waren deze kanalen verbonden met behulp van elf sluizen.

Nadat we wat foto’s en filmpjes hadden gemaakt, zijn we naar binnen gegaan en hebben we een sandwich gegeten. Ondertussen was het al achter tweeën en moesten we nog de helft van de tocht doen. Buiten regende het pijpenstelen en allemaal moesten we ons weer in de natte regenpakken hijsen. We gingen op weg naar de laatste tussenstop: de Kelpies. Het is een watergeest, die altijd leeft in de buurt van meren, moerassen en zeeën. Hij kan verschillende gedaantes aannemen. Meestal verandert hij in een paard, dan oogt hij heel normaal als een onschuldig paard. Als een argeloos mens op hem wil rijden gebeurt er altijd iets. Hierover lopen de verhalen uiteen. the Kelpies is een groep paardenhoofden van 35 meter hoog en gemaakt van roestvrij staal en zijn opgesteld bij een reeks sluizen in Falkirk. De link met de sluizen was dat de paarden vroeger de boten trokken langs de sluizen. We mochten snel even wat foto’s schieten en hoefden geen entree te betalen.

We besloten om niet naar Galashields te rijden, maar de route om te leggen naar Lockerbie. Hans was daar twee dagen eerder geweest en raadde dit ons aan. We zijn wel via de snelste route gegaan, omdat het al zo laat was. Om zes uur kwamen we in het stadje aan en vonden snel een mooi hotel. Daar hebben we weer twee kamers gekregen en hebben er direct alle regen en troep van ons afgedoucht. Daarna heerlijk gegeten in de bar en dit verslag gemaakt. Het is nu negen uur en we gaan nog even door het stadje wandelen.

Morgen de voorlaatste etappe, van Lockerbie naar Newcastle, maar nadat we eerst de memorial van de terreuraanslag gaan bekijken waarbij in 1988 261 doden vielen, waarvan 11 bewoners van Lockerbie.

Dag 8: van Lockerbie naar Newcastle

We zaten afgelopen nacht in een mooi (oud) hotel in Lockerbie. Toen we wakker werden was het flink aan het regenen. Gelukkig stonden onze motoren droog in de garage van het hotel. Tijdens het ontbijt heeft Frank op zijn laptop de route van de dag gemaakt: als we rechtstreeks naar Newcastle zouden rijden waren we in anderhalf uur daar en zouden we veel te vroeg zijn. Daarom besloten we om nog een toeristische motorroute te rijden. In de garage de regenpakken aangedaan en toen om 9 uur op pad. Eerst in Lockerbie naar de memorial van de bomaanslag van het neergestorte PanAm toestel geweest. Daarbij vielen in dec 1988 261 doden en 11 mensen uit het dorp. Het was aangrijpend om de gedachtenistegels te lezen. 

Daarna op weg naar de boot. Het regende pijpenstelen. We hebben ongeveer anderhalf uur in de regen bochtjes gedraaid. Prachtige landschappen gezien, maar met mooi weer zou dit nóg mooier zijn geweest. Daarna een kop koffie of hot chocolate genuttigd met een gebakje in een klein dorpje halverwege de tocht. 

Toen we weer wilden gaan rijden is Frank met de motor omgevallen toen hij opstapte. Gelukkig had de motor geen schade (het blijft een supermotor, die BMW R1200GS Adventure), maar Frank maakte een mooie koprol. Ook hij heeft niets, maar alleen is zijn ego nu flink beschadigd. Daarna via rechte weg naar Newcastle. Daar waren we om 13.00 uur. De tweede etappe was droog en de zon ging schijnen.

Naast de ingang van de Terminal hebben we nog een keer geluncht en toen zijn we in de rij van het schip gaan staan. Om 14.00 ingecheckt en een half uur later de motoren geparkeerd in het schip en vastgesjord. Daarna naar de kamer. Omgekleed, biertje gedronken en gegeten. Nu in de disco naar die gekke Engelsen aan het kijken onder het genot van een gin-tonic en een biertje. De boot schommelt een beetje door de harde wind, maar dat deert ons niet. 

Dit was het verhaal van een geweldige, maar ook natte reis.

 

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site wordt beschermd door reCAPTCHA en het Google privacybeleid en servicevoorwaarden zijn van toepassing.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.